Veelgestelde vragen
Inhoudstafel
- Begrippen
- Tarief en kosten
- Bemiddelen en klachten
- Hoe wordt een schuld ingevorderd?
- Kan ik een overzicht krijgen van alle gerechtelijke schuldinvorderingen die tegen mij lopen?
- Ik heb een schuldvordering tegen een persoon/bedrijf.
- Vaststellingen
- Ik kreeg een akte/brief van een gerechtsdeurwaarder die niet voor mij is.
- Toegang tot gokspelen
1. Begrippen
Een dagvaarding is een akte door een gerechtsdeurwaarder betekend wordt (= ter plaatse afgegeven of achtergelaten) aan de betrokken partij(en), waarin wordt weergegeven dat hij/zij voor de rechter moet verschijnen op de aangegeven plaats, dag en uur. De dagvaarding is het eerste processtuk in een burgerlijke of strafrechtelijke procedure. Ook de feiten die de gedaagde persoon ten laste worden gelegd, worden vermeld in de dagvaarding.
Wanneer u gedagvaard wordt, kan u eventueel een beroep doen op juridische eerstelijnsbijstand (kosteloze adviesverlening), juridische tweedelijnsbijstand of rechtsbijstand (kosteloze bijstand door een advocaat) voor de procedure voor de rechtbank.
Een uitvoerbare titel is een rechtshandeling waarbij een recht officieel wordt vastgesteld. Het geeft de houder ervan het recht om over te gaan tot de gedwongen uitvoering van het recht dat het vaststelt, zoals de betaling van een schuld (rekening, alimentatie, onbetaalde huur), een verplichting om iets te doen (het pand verlaten in geval van een beslissing waarbij de uithuiszetting van de huurder wordt bevolen).
Als uitvoerbare titels worden met name beschouwd:
- vonnissen en handelingen van de overheid: een (fiscaal of sociaal) dwangbevel / een inningsbericht;
- notariële akten.
Al deze titels kunnen dus aanleiding geven tot bewarende of uitvoerende maatregelen (beslag).
Om een uitvoerbare titel gedwongen te kunnen uitvoeren, is het noodzakelijk dat deze:
- uitvoerbaar is (het moet een zekere, vaststaande en opvorderbare schuldvordering vaststellen en een uitvoerbare formule bevatten);
- is betekend (vaak met een betalingsbevel) aan de partij die er zo kennis van heeft kunnen nemen;
De rechterlijke beslissing kan ofwel uitvoerbaar bij voorraad zijn (hoger beroep mogelijk - verzet of beroep), ofwel als definitief worden beschouwd (geen hoger beroep meer mogelijk).
De geldigheidsduur van een rechterlijke beslissing is beperkt tot 10 jaar (actio judicati = handeling tot tenuitvoerlegging van het vonnis). Deze termijn kan, in bepaalde bijzondere gevallen, worden verlengd. Dit zijn de zogenaamde oorzaken van schorsing of stuiting van de verjaringstermijn.
- Procedure
Wanneer een schuldeiser beschikt over een uitvoerbare titel, kan hij ervoor kiezen om ‘beslag onder derden’ te leggen.
Uitvoerend beslag onder derden wordt gelegd op bedragen en zaken die een derde partij verschuldigd is aan de schuldenaar. Een veelvoorkomende vorm van beslag onder derden is loonbeslag, waarbij de werkgever dan de derde-beslagene wordt.
Het beslag wordt gelegd in de vorm van een proces-verbaal dat aan de derde (bijvoorbeeld de werkgever) betekend wordt, en het wordt vervolgens binnen de 8 dagen aan de schuldenaar aangezegd per akte. De schuldenaar heeft dan vijftien dagen de tijd om zich tegen het beslag te verzetten door de beslaglegger te dagvaarden voor de beslagrechter.
De derde-beslagene (bijvoorbeeld de werkgever) moet binnen de vijftien dagen na de betekening van het beslag zijn verklaring van derdenbeslag afleggen. In deze verklaring wordt zijn afgifteverplichting (dus het feit dat de derde het geld moet doorstorten) bepaald. Doet hij dat niet, kan hij zelf schuldenaar verklaard worden voor de verschuldigde bedragen en/of andere kosten.
Ten vroegste twee dagen na het verstrijken van de verzetstermijn, is de derde-beslagene ertoe gehouden afgifte te doen van de bedragen of zaken in handen van de gerechtsdeurwaarder. Werd er wel verzet aangetekend, dan wordt de afgifteverplichting geschorst tot de dag van betekening van de uitspraak waarin het verzet ongegrond wordt verklaard.
De derde-beslagene kan de gegrondheid van de onderliggende aanspraken van de schuldeiser overigens niet betwisten, maar kan wel de regelmatigheid van het beslag zelf aanvechten.
Tot slot dient u er rekening mee te houden dat het verloop van dit beslag een collectieve dimensie kent. Dit wil zeggen dat niet enkel de beslagleggende schuldeiser begunstigde wordt van dit derdenbeslag, maar dat ook alle andere gekende schuldeisers hierbij betrokken worden. De in beslag genomen bedragen worden verdeeld tussen de verschillende schuldeisers, waarbij rekening gehouden wordt met mogelijke voorrechten van de schuldeisers. Concreet betekent dit dus dat de gelden die ontvangen worden na een beslag onder derden, gebruikt worden om al de schulden van de schuldenaar af te betalen. Het beslag onder derden kan dus lang blijven doorlopen.
- Beslag op inkomen
Er zijn twee soorten van inkomsten vatbaar voor beslag:
- Bedragen uitgekeerd ter uitvoering van een arbeidsovereenkomst, een leerovereenkomst, een statuut, een abonnement, vakantiegeld en bedragen die worden uitgekeerd aan personen die tegen loon onder het gezag van een ander persoon arbeid verrichten buiten een arbeidsovereenkomst.et beslag op deze inkomsten is echter begrensd. Per inkomensschijf wordt er een procentueel bedrag bepaald dat in beslag genomen kan worden. U kan deze bedragen hier terugvinden. Indien u kinderen ten laste heeft, worden de drempelbedragen verhoogd en kan er dus minder in beslag worden genomen. Hiervoor moet een aangifteformulier ‘kinderen ten laste’ worden ingevuld dat de schuldenaar ontving bij de aanzegging van het beslag.
- Inkomsten uit andere activiteiten dan deze vermeld onder 1, en die als vervangingsinkomen worden beschouwd, zijn eveneens beperkt vatbaar voor beslag. Voor deze inkomsten werden andere schijven bepaald. De actuele drempels kan u hier terugvinden.
Voor inkomsten die noch onder categorie 1, noch onder categorie 2 vallen, worden de drempels toegepast zoals voor de inkomsten uit categorie 1. In dit geval zal de beslagrechter steeds tussenkomen (art. 1409bis Ger.W.).
De begrensde beslagbaarheid van bovenstaande inkomsten is NIET van toepassing - wat wil zeggen dat op het volledige inkomen beslag kan worden gelegd – wanneer het gaat over onderhoudsschulden.
De inkomsten in de vorm van maaltijdcheques zijn nooit vatbaar voor beslag en worden niet meegeteld om het totale inkomen te berekenen.
Een wisselbrief of kortweg ‘wissel’ is een onvoorwaardelijke, schriftelijke betalingsopdracht. De schuldeiser (trekker) geeft zijn schuldenaar (betrokkene) de opdracht om op een bepaalde datum het afgesproken bedrag te betalen aan de begunstigde van de wisselbrief (de houder). Dat kan de schuldeiser zelf zijn of een derde. In de praktijk bestaan er verschillende mogelijkheden voor het gebruik van een wissel.
De niet-betaling van een wisselbrief wordt vastgesteld door een gerechtsdeurwaarder. De wisselbrief is dan geprotesteerd.
Een protestakte is een door de gerechtsdeurwaarder opgestelde akte waarin wordt vastgesteld dat een betalingspapier (wisselbrief) niet werd betaald. De bekendmaking van deze protestakte gebeurt via een bericht van protest. Aangezien de wanbetaling van een wisselbrief mogelijks een signaal kan zijn dat een onderneming het financieel moeilijk heeft, zijn de protestberichten vrij raadpleegbaar.
De protesten werden tot 30 augustus 2013 gecentraliseerd bij de Nationale Bank van België (= NBB), maar vandaag is de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarder centrale depositaris voor de protesten. Een bericht van protest moet binnen de 3 werkdagen na het opmaken van de protestakte door de gerechtsdeurwaarder geregistreerd worden in het CBB.
Om een bericht van protest te laten schrappen, is in eerste instantie natuurlijk de betaling vereist. De schuldenaar moet de gerechtsdeurwaarder die de protestakte heeft opgemaakt zelf contacteren. Mits het bewijs dat de schuld en de kosten verbonden aan de schrapping van het bericht betaald werden, moet de gerechtsdeurwaarder het bericht schrappen. De betrokkene kan hiervan een factuur opvragen bij de gerechtsdeurwaarder, waarop hij in voorkomend geval de btw kan recupereren.
2. Tarief en kosten
Indien de afrekening van de gerechtsdeurwaarder niet duidelijk is, indien u over een of meerdere rubrieken van de afrekening vragen heeft, of indien de wettelijke of deontologische regels niet geëerbiedigd lijken, neemt u best contact op met het kantoor van de betrokken gerechtsdeurwaarder om meer informatie te krijgen.
Eerst en vooral dient hier nagegaan te worden welke hoedanigheid de schuldenaar heeft. Indien deze een economische activiteit uitoefent of een rechtspersoon is, is er niets dat de schuldeiser belet om de kosten van de gerechtsdeurwaarder te verhalen op zijn schuldenaar.
Is de schuldenaar een consument - indien het dus over een privéschuld gaat - wordt de minnelijke invordering geregeld door de wet van 20 december 2002. Deze wet legt een heel aantal regels vast waaraan de minnelijke invorderaar (in casu de gerechtsdeurwaarder) zich moet houden.
Eén van de regels is dat hij de kosten niet ten laste van de consument mag leggen, tenzij dit werd voorzien in de onderliggende overeenkomst tussen de schuldeiser en schuldenaar. Indien uw schuldeiser bijvoorbeeld een onderneming is, dient u hiertoe de algemene voorwaarden na te kijken. Is het een overheidsorgaan, kan u de relevante wet/besluit/verordening hiervoor nakijken.
3. Bemiddelen en klachten
Ja, u kan contact opnemen met de ombudsman voor gerechtsdeurwaarders (via het invulformulier op de website, post of e-mail). Wanneer alle voorwaarden van de aanvraag zijn voldaan, zal de ombudsman via bemiddeling trachten - binnen de 90 dagen - tot een praktische oplossing te komen.
Elke natuurlijke of rechtspersoon die van oordeel is dat een praktijk die de gerechtsdeurwaarder uitoefent, strijdig is met de deontologische (en/of wettelijke) regels die van toepassing zijn op de uitoefening van zijn beroep, kan een klacht indienen bij de bevoegde arrondissementskamer of bij de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders.
Let op, een tuchtprocedure:
- heeft enkel tot doel eventueel een tuchtsanctie uit te spreken tegen de betrokken gerechtsdeurwaarder indien een inbreuk op de deontologische en/of wettelijke regels wordt vastgesteld;
- heeft geen schorsende werking op lopende tenuitvoerleggingsprocedures;
- stelt de eiser niet in staat eventuele schadevergoeding te verkrijgen. Daarvoor moet hij voor de bevoegde rechter de beroepsaansprakelijkheid van de gerechtsdeurwaarder in twijfel trekken en de schuld, de schade en het oorzakelijk verband bewijzen.
Indien u, ondanks de uitleg van de deurwaarder, de kosten blijft betwisten of de tenuitvoerleggingsprocedure tegen u als onrechtmatig beschouwt, kunt u zich wenden tot de territoriaal bevoegde beslagrechter, die de enige instantie is die zich kan uitspreken over een betwisting in verband met een tenuitvoerleggingsprocedure en, in voorkomend geval, over de wettigheid van een tenuitvoerleggingsmaatregel. Daartoe is het raadzaam dat u zich laat bijstaan door een advocaat.
4. Hoe wordt een schuld ingevorderd?
Het is moeilijk om de juridische gevolgen van een afbetalingsplan precies te bepalen. De concrete omstandigheden spelen altijd mee. Hieronder volgt dan ook algemene informatie.
Ingeval u zich nog in de buitengerechtelijke fase bevindt, is een afbetalingsplan een overeenkomst (of een deel van een overeenkomst) tussen de betrokken partijen. De gevolgen worden geregeld door het contract en het gemeen recht. Dergelijke overeenkomst belet de schuldeiser om zich voor die schuld tot de rechter te wenden zolang de schuldenaar het plan naleeft.
Eenmaal u zich in de gerechtelijke fase bevindt, is de situatie minder eenduidig. Een uitvoerbare titel houdt immers in dat de schuldeiser recht heeft op de onmiddellijke en volledige vervulling van zijn recht. Zo kan hij in principe niet gedwongen worden een gedeeltelijke betaling (of een afbetalingsplan) te aanvaarden. Hierop is slechts één uitzondering, met name wanneer de rechter de schuldenaar een afbetalingsplan toekent. De rechter zal dan ook de modaliteiten bepalen. Indien de schuldenaar deze modaliteiten niet strikt respecteert, herneemt de schuldeiser zijn recht op onmiddellijke en integrale uitvoering.
Wanneer de rechter hierover niets heeft beslist, kan de schuldeiser zoals gezegd niet gedwongen worden om een afbetalingsplan te aanvaarden. Indien hij dat aanvaardt, is dat een gunst die hij toekent aan de schuldenaar. In dat geval moet de schuldenaar het plan strikt naleven. Het is daarbij belangrijk te onthouden dat het afgesproken maandelijks bedrag elke maand op de afgesproken dag (bijvoorbeeld: elke 1ste of 5de van de maand) op de rekening van de gerechtsdeurwaarder wordt gestort. Let wel, het volstaat niet dat de betalingsopdracht of de overschrijving op deze afgesproken dag wordt gedaan (tenzij het een instantoverschrijving betreft). Komt u deze afspraak eenmaal niet na, dan kan dit een reden zijn om de tenuitvoerlegging te hervatten.
Er zijn verschillende hypotheses mogelijk:
- U moet inderdaad nog een rekening betalen en u kan die betalen? In dit geval betaalt u de verschuldigde som zo snel mogelijk op de rekening van de gerechtsdeurwaarder om verdere bindende stappen te vermijden en de kosten voor u zoveel mogelijk te beperken.
- U moet inderdaad nog een rekening betalen, maar u kan de volledige som niet in één keer betalen? In dat geval neemt u best zo snel mogelijk contact op met het kantoor van de betrokken gerechtsdeurwaarder om een eventueel afbetalingsplan af te spreken en aldus verdere bindende stappen te vermijden.
- U denkt de som niet te moeten betalen? In dat geval zijn er twee situaties mogelijk:
- Er is nog geen uitvoerbare titel. Indien u denkt dat uw zaak sterk genoeg is om in voorkomend geval door de rechter in uw voordeel beslecht te worden, kan u best de gerechtsdeurwaarder en uw schuldeiser onmiddellijk schriftelijk op de hoogte brengen dat u de schuld betwist. De schuldeiser zal vervolgens beslissen of hij de zaak laat voor wat ze is, of ze voor de rechter brengt. De kosten van de procedure zijn voor de verliezende partij.
- Er is een uitvoerbare titel (vonnis, dwangbevel, …). Indien u niet vrijwillig betaalt, loopt u een reëel risico dat de schuld gedwongen wordt ingevorderd (beslag, eventueel gevolgd door een openbare verkoop). De aanzienlijke kosten van elke stap die in het kader van de gedwongen uitvoering wordt gezet, zijn dan voor u. Het is dan ook sterk aangeraden te vermijden dat het zover komt.
Wanneer de gerechtsdeurwaarder een betekeningsopdracht ontvangt, zal hij een akte van betekening opstellen. In eerste instantie zal de gerechtsdeurwaarder proberen aan de persoon te betekenen. Dit kan op iedere plaats waar de gerechtsdeurwaarder de bestemmeling aantreft (art. 33 Ger.W.).
Vaak kan de bestemmeling niet zomaar in persoon worden gelokaliseerd en zal de gerechtsdeurwaarder zich naar de woon- of verblijfplaats van de bestemmeling begeven, of naar de maatschappelijke zetel in geval van betekening aan een onderneming. Hij raadpleegt hiertoe het Rijksregister of de Kruispuntbank van Ondernemingen.
Als de bestemmeling niet thuis is, wordt de akte afgegeven aan een aanverwante of aangestelde ter plaatse: de zogenaamde betekening aan de woonplaats (art. 35 Ger.W.). Als ook dat niet mogelijk is, wordt de akte achtergelaten onder gesloten omslag: de zogenaamde betekening per visum (art. 38 Ger.W.). In geval van ongekend adres, zal de betekening geschieden aan de procureur des Konings (art. 38, § 2 en 40 Ger.W.).
In burgerlijke zaken zal de gerechtsdeurwaarder de akte enkel kunnen betekenen tussen zes uur ’s morgens en negen uur ’s avonds, tenzij hij/zij uitdrukkelijk door de beslagrechter gemachtigd werd om buiten deze uren te betekenen. Ook op zaterdagen, zondagen en feestdagen mag geen betekening worden gedaan. In strafzaken gelden deze beperkingen niet.
De gerechtsdeurwaarder heeft de keuze, afhankelijk van de omstandigheden, om een akte ofwel ter plaatse, ofwel op elektronische wijze (per e-mail) aan de bestemmeling ter kennis brengen. Deze elektronische betekening zal dezelfde juridische gevolgen hebben als een traditionele betekening.
Er dienen binnen de 24 uur, vanaf het verzoek tot toestemming door de gerechtsdeurwaarder, 4 stappen doorlopen te worden vooraleer de elektronische betekening als gerealiseerd zal worden beschouwd.
Stap 1: U ontvangt een e-mail met als onderwerp ‘verzoek tot toestemming’ voor een betekening op elektronische wijze. Onderaan deze e-mail heeft u de keuze om in te stemmen met de elektronische betekening, ofwel te weigeren. Indien u weigert, zal de gerechtsdeurwaarder wellicht overgaan tot een betekening op de klassieke manier.
Stap 2: U klikt op de link ‘toestemmen’ en wordt naar een webpagina geleid (online beveiligd platform).
Stap 3: U wordt uitgenodigd om u te identificeren en te legaliseren aan de hand van uw elektronische identiteitskaart en uw pincode.
Stap 4: Eenmaal geïdentificeerd, moet u uw toestemming nog uitdrukkelijk bevestigen. Zodra de toestemming is gegeven en bevestigd, heeft u toegang tot de akte en kan u deze opslaan/printen. U kan de originele akte gedurende een jaar digitaal raadplegen op het platform. Nadien kan u een kopie van de akte verkrijgen via de gerechtsdeurwaarder. Tevens zal een bevestiging van de betekening zowel aan u als aan de gerechtsdeurwaarder worden toegestuurd.
Wenst u of uw bedrijf uw betekeningen elektronisch te ontvangen? Dan moet u een adres van elektronische woonstkeuze, zoals voorzien in artikel 32quater/1 van het Gerechtelijk Wetboek, registreren. Dit is een e-mailadres waarop de gerechtsdeurwaarder u zal kunnen bereiken door u een “verzoek tot toestemming tot betekening op elektronische wijze” te sturen.
U vindt hier meer informatie en de formulieren om u te registreren.
1) Betekening
De betekening van de (uitvoerbare) titel is een eerste fundamentele vereiste om tot gedwongen tenuitvoerlegging te kunnen overgaan. Deze titel bevat het vorderingsrecht van de schuldeiser en zal meestal, maar niet uitsluitend, de vorm aannemen van een afschrift van een rechterlijke beslissing, een dwangbevel of een proces-verbaal van niet-betwisting. Dit heeft tot doel erover te waken dat u kennis krijgt van de titel zodat u in de mogelijkheid wordt gesteld u te verdedigen. De betekening van de titel start bijgevolg de termijn om een rechtsmiddel in te stellen, alvorens definitief te worden. U bent hier als schuldenaar nog in de mogelijkheid de betaling vrijwillig uit te voeren.
2) Bevel tot betalen
Het bevel tot betalen is de eerste daad van tenuitvoerlegging en de laatste kans die aan de schuldenaar wordt geboden om zijn verbintenissen na te komen vóór een mogelijk beslag. Dit bevel kan op hetzelfde moment en in dezelfde akte als de titel betekend worden indien deze titel uitvoerbaar is bij voorraad. Het bevel moet in ieder geval ten minste een dag (art. 1499 Ger.W.) voorafgaan aan het uitvoerend beslag.
3) Beslag
De gerechtsdeurwaarder zal met een akte tot uitvoerend beslag overgaan indien aan het bevel tot betalen geen afdoend gevolg werd gegeven. In deze akte wordt dan opgenomen op welke goederen het beslag betrekking heeft. Het beslag heeft een collectief effect: hoewel slechts ingesteld door één schuldeiser, moet de gerechtsdeurwaarder ook rekening houden met eventuele andere schuldvorderingen dan die van de beslaglegger . De schuldenaar behoudt in deze fase van de procedure het bezit en het genot van de beslagen goederen en dient als een goed huisvader in te staan voor het bewaren en in stand houden van de goederen. In het proces-verbaal van beslag wordt de schuldenaar eveneens geïnformeerd over de plaats, dag en uur van de verkoop.
De gerechtsdeurwaarder moet ter plaatse rekening te houden met een aantal goederen die niet vatbaar zijn voor beslag omwille van de aard van de goederen of omwille van het feit dat deze goederen strikt verbonden zijn aan de persoon van de beslagene.
Hou er rekening mee dat de gerechtsdeurwaarder niet bevoegd is te oordelen over eigendomsrechten, enkel de beslagrechter is hiertoe bevoegd. Belangrijk is ook te onthouden dat naar Belgisch recht bezit als titel geldt: dit wil zeggen dat de gerechtsdeurwaarder wettelijk mag vermoeden dat de goederen die zich in de woning bevinden in eigendom aan u toebehoren.
4) Aanplakking
Er zal publiciteit gemaakt worden voor de verkoop d.m.v. aanplakbrieven en berichten in de pers teneinde het publiek op de hoogte te stellen van de te koop aangeboden goederen. Dit is de zogenaamde aanplakking. Het aanplakbiljet zal minstens drie dagen voorafgaand aan de verkoop worden bekendgemaakt op de plaats waar de verkoop zal worden gehouden en een exemplaar zal worden bezorgd aan de beslagene.
5) Oplading
Wordt er effectief overgegaan tot verkoop, dan zullen de beslagen goederen worden opgeladen en wordt hiervoor een beroep gedaan op een verhuisbedrijf. Alle kosten hieraan verbonden zijn uitvoeringskosten, en vallen in principe ten laste van de schuldenaar. De wet bepaalt geen termijn voor de oplading, maar doorgaans wordt dit zo kort mogelijk voor de verkoop gedaan. Vanaf dat moment heeft de schuldenaar immers niet langer het genot van de beslagen goederen.
6) Verkoop
De verkoop van de beslagen goederen kan plaatsvinden ten vroegste een maand na de betekening van het afschrift van het proces-verbaal van beslaglegging. Dit geeft de schuldenaar de mogelijkheid om zijn schuld te vereffenen en de verkoop te verhinderen, of een verkoop in der minne voor te stellen. In geval van bederfelijke goederen kan de beslagrechter een kortere termijn toekennen.
Bij een verkoop in der minne kan de schuldenaar zelf voorstellen de goederen onder beslag te verkopen om de opbrengst ervan aan te wenden voor de betaling van de schuldeisers. Zo wordt een gerechtelijke verkoping vermeden. Dit voorstel kan vormvrij gebeuren en moet de gerechtsdeurwaarder bereiken binnen de tien dagen na de betekening van de akte van beslag. Wanneer de gerechtsdeurwaarder of de schuldeiser(s) menen dat deze voorstellen ontoereikend zijn, wordt met het verzoek geen rekening gehouden.
De gerechtelijke verkoop vindt doorgaans fysiek plaats in een veilingzaal, maar ook een elektronische verkoop is mogelijk. De gerechtsdeurwaarder maakt hierbij een proces-verbaal van verkoop op.
7) Verdeling
Na de verkoop zal de gerechtsdeurwaarder opzoekingen doen om alle mogelijke schuldeisers van de schuldenaar op te sporen, en zal hij hen verzoeken aangifte te doen van hun schuldvordering, alsook het bestaan van een eventueel voorrecht. Enkele grote institutionele schuldeisers worden ook op de hoogte gebracht dat er tot verdeling zal worden overgegaan (fiscus, instellingen van sociale zekerheid).
De gerechtsdeurwaarder maakt een ontwerp van verdeling op. Indien er binnen de vijftien dagen geen tegenspraak wordt gedaan, wordt het ontwerp definitief. Pas dan zullen de schuldeisers effectief kunnen worden uitbetaald.
Wanneer een beslagmaatregel wordt uitgevoerd, zal dit beslag niet enkel zijn nut hebben voor de beslagleggende schuldeiser. Ook andere schuldeisers kunnen voordeel halen uit het beslag, dat dus een collectieve dimensie kent.
Indien een beslag op roerende goederen niet meer voortgezet wordt door de beslagleggende schuldeiser, kan een andere schuldeiser er onder bepaalde voorwaarden van gebruikmaken in plaats van zelf een nieuw beslag te laten leggen (art. 1524 Ger.W.).
Indien het beslag een opbrengst genereert (opbrengst t.g.v. verkoop van de beslagen goederen, of gelden ontvangen uit bijvoorbeeld een loonbeslag), ontstaat een samenloop en moet de gerechtsdeurwaarder een ontwerp van verdeling opstellen. De gerechtsdeurwaarder heeft in dit kader de wettelijke plicht om de fiscus, de sociale zekerheid en eventuele andere gekende schuldeisers te betrekken. Een beslag strekt dus niet enkel tot zekerheid van één schuldeiser, maar wel van alle schuldeisers, en de opbrengst ervan zal tussen hen verdeeld worden Een beslag zal dan ook enkel definitief gestopt worden (handlichting) wanneer alle betrokken schuldeisers terugbetaald werden (en/of toelating geven het beslag te schrappen).
Indien de gerechtsdeurwaarder beschikt over een geldige titel, heeft hij het recht om binnen te komen, ook indien u de toegang weigert of niet thuis bent. In dat geval mag hij enkel binnenkomen mits een politieagent aanwezig is (art. 1504 Ger.W.). Hij zal daarbij tevens een beroep doen op een slotenmaker om de sloten te openen. De kosten, ook van eventuele herstellingen, zijn voor de beslagene.
De gerechtsdeurwaarder heeft ook het recht om gesloten meubels open te maken om de inhoud ervan in beslag te kunnen nemen (art. 1505 en 1507 Ger.W.).
Hij moet er wel voor zorgen dat hij geen onnodige schade aanricht en de woning veilig achterlaat. Hoe dit principe zich in de praktijk vertaalt, hangt af van de specifieke situatie. In geval van betwisting kan de rechter oordelen over de rechtmatigheid van de handelingen van de gerechtsdeurwaarder.
Het uitgangspunt is dat een persoon met zijn volledige vermogen instaat voor de voldoening van zijn schulden, waardoor de gerechtsdeurwaarder vrij kan kiezen welke goederen hij in beslag wil nemen. Evenwel voorziet de wetgever dat bepaalde goederen niet in beslag kunnen worden genomen. Deze ‘onbeslagbaarheid’ kan voortvloeien uit de wet, uit de aard van de goederen of uit het feit dat de goederen strikt verbonden zijn met de persoon van de schuldenaar.
De niet voor beslag vatbare goederen vindt u hier.
In het kader hiervan werd door de wetgever voorzien dat de beslagen persoon zijn opmerkingen kan laten noteren in het proces-verbaal van beslag, en dit uiterlijk binnen de vijf dagen na de beslaglegging. De gerechtsdeurwaarder dient hier gevolg aan te geven. De beslagrechter dient zich vervolgens uit te spreken over de zaak (art. 1408, §3 Ger.W.).
Indien u niet vrijwillig betaalt en de gedwongen uitvoering van een vonnis of dwangbevel wordt voortgezet, kan er loonbeslag worden gelegd. Hiervoor zal u eerst een bevel tot betalen ontvangen, maar dit vermeldt niet per se welk soort beslag zal worden gelegd. Indien u dit bevel negeert, zijn geen verdere verwittigingen noodzakelijk – ook al kan de gerechtsdeurwaarder ervoor kiezen u nog eerst een aanmaning te versturen. U was immers op de hoogte van uw plicht te betalen, maar heeft nagelaten dit tijdig te doen.
Weliswaar dient rekening te worden gehouden met de bescherming van de niet-beslagbare gedeelten van het inkomen. Dat gedeelte kan niet worden ingevorderd. De enige uitzondering hierop zijn onderhoudsschulden, die er dus voor kunnen zorgen dat het volledige inkomen alsnog in beslag wordt genomen. Een overzicht van deze beschermde bedragen vindt u hier.
Een voertuig is op zichzelf vatbaar voor beslag. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan een rechter aanvaarden dat een voertuig niet voor beslag vatbaar is. In dit verband bepaalt artikel 1408 van het Gerechtelijk Wetboek in het bijzonder dat goederen die essentieel zijn voor uw beroep, tot een waarde van € 2.500, niet in beslag kunnen worden genomen, behalve voor de betaling van de prijs van die goederen.
Indien u van mening bent dat het in beslag genomen voertuig aan de criteria van het voornoemde artikel voldoet, kunt u een procedure inleiden voor de beslagrechter, die als enige bevoegd is te beslissen.
Wél mag u het voertuig, met de hieronder vermelde uitzondering, gebruiken tussen het ogenblik van de inbeslagneming ("het opstellen van de goederenlijst") en het ogenblik van de oplading, maar u moet het met zorg gebruiken - u moet zich gedragen als een "goede huisvader". Bovendien kunt u het voertuig niet meer verbouwen (de waarde ervan verminderen) of verkopen.
Indien het voorwerp van de uitvoerbare titel dat de inbeslagname mogelijk heeft gemaakt, geheel of gedeeltelijk betrekking heeft op een overtreding van de verkeersbelasting, de wegenbelasting, de verplichte verzekering voor uw voertuig of het wegverkeer, kan het voertuig op het ogenblik van de inbeslagname door de gerechtsdeurwaarder worden geïmmobiliseerd. In dat geval kunt u het voertuig niet meer gebruiken totdat de immobilisering is opgeheven door volledige betaling van de schuld en de kosten, na een beslissing van de beslagrechter, of door een akkoord tussen de partijen.
Sinds 2019 kan de gerechtsdeurwaarder een in beslag genomen voertuig immobiliseren door middel van een wielklem (zie artikel 1506/1 Ger.W.). Dit is mogelijk wanneer hij over een uitvoerbare titel (bv. vonnis) beschikt die betrekking heeft op het gebrek aan betaling van de wegverkeersbelasting of de verplichte motorrijtuigenverzekering, of als ze betrekking heeft op een verkeersovertreding. De gerechtsdeurwaarder zal dan zijn contactgegevens op het voertuig achterlaten.
Bovendien kan de gerechtsdeurwaarder, indien hij dit nodig acht (bijvoorbeeld wanneer het voertuig in de weg staat), onmiddellijk en in elk geval op de dag waarop hij langskomt, overgaan tot het takelen van het in beslag genomen voertuig.
Dit is mogelijk als u gedomicilieerd bent op andermans adres (ouders, partner, …), of indien iemand anders op uw adres gedomicilieerd is - ongeacht of hij er in feite niet (of niet meer) woont. De werkelijke eigenaar moet zo snel mogelijk een vordering tot revindicatie indienen bij de beslagrechter, met zijn eigendomsbewijzen (facturen, betaalbewijzen, foto’s, …).
5. Kan ik een overzicht krijgen van alle gerechtelijke schuldinvorderingen die tegen mij lopen?
De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders kreeg in 2010 van de wetgever de opdracht een databank te ontwikkelen en te beheren die nuttige informatie zou bevatten over de maatregelen van tenuitvoerlegging die tegen een bepaalde persoon of onderneming getroffen zijn. Dergelijke maatregelen zijn bijvoorbeeld het beslag in al zijn vormen, de betekening van een bevel tot betalen of een vereenvoudigd fiscaal derdenbeslag. Ook informatie over de natuurlijke personen die door de arbeidsrechtbank zijn toegelaten tot de collectieve schuldenregeling, wordt in deze databank opgenomen. Deze databank heet vandaag het centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest (kortweg CBB), en wordt wettelijk geregeld door de artikelen 1389bis/1 t/m 1391 van het Gerechtelijk Wetboek.
De Nationale Kamer heeft als beheerder van het CBB ook haar verplichtingen naar privacybescherming toe. Indien een persoon of onderneming wil weten welke gegevens er op zijn naam verwerkt worden in het CBB, kan hij of zij hiertoe een schriftelijk, gedagtekend en ondertekend verzoek richten aan de NKGB, vergezeld van een recto-verso kopie van de identiteitskaart. U kan ook dit formulier gebruiken. Vervolgens zal de Data Protection Officer (DPO) van de Nationale Kamer binnen de 30 dagen de betreffende gegevens bezorgen.
6. Ik heb een schuldvordering tegen een persoon/bedrijf.
Voor elke onbetaalde schuld (achterstallige huurgelden, facturen, ...), kan u een beroep doen op een gerechtsdeurwaarder.
Indien u als schuldeiser nog niet meteen denkt aan een gerechtelijke procedure, kan u de gerechtsdeurwaarder inschakelen om te proberen in eerste instantie de geldsom op minnelijke wijze te innen. De gerechtsdeurwaarder stuurt dan een minnelijke brief naar de schuldenaar waarin hij hem uitnodigt om binnen een bepaalde termijn zijn schuld te betalen. Afhankelijk van de situatie, zullen de hieraan verbonden kosten betaald moeten worden door de schuldeiser dan wel de schuldenaar.
Als de schuldenaar vervolgens niet betaalt, kan de schuldeiser het nodige doen om een uitvoerbare titel in zijn voordeel te bekomen (= gerechtelijke fase). Meestal gebeurt dit via dagvaarding die door een gerechtsdeurwaarder betekend moet worden. In b2b-context en voor onbetwiste schulden kan de schuldeiser evenwel opteren om een buitengerechtelijke procedure te starten. Ook daarbij kan de gerechtsdeurwaarder u helpen.
Indien de schuldenaar door de rechter tot de betaling van de schuld wordt veroordeeld en de uitspraak definitief is, moet de schuldenaar betalen. Als hij dat niet doet, kan de schuldeiser hem door tussenkomst van een gerechtsdeurwaarder daartoe verplichten. Er bestaat hiervoor een reeks maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging (zoals bijvoorbeeld roerend beslag, loonbeslag, onroerend beslag). De veroordeelde partij betaalt de kosten van die gedwongen tenuitvoerlegging.
U kan een gerechtsdeurwaarder inschakelen die vervolgens een brief kan sturen naar uw schuldenaar om hem aan te sporen zijn schuld in te lossen. Dit is een brief in het kader van de minnelijke invordering, waarvoor geen wettelijk tarief bestaat.
Als uw schuldenaar geen gevolg geeft aan het verzoek tot betaling en u wil hem daartoe dwingen met alle middelen van recht, dient u eerst via de rechter te gaan om een vonnis te verkrijgen. Pas nadat u een uitvoerbaar vonnis in uw voordeel heeft verkregen, kan de gerechtsdeurwaarder maatregelen van gedwongen tenuitvoerlegging (beslag, enz.) treffen.
Sinds juli 2016 kunnen ondernemers gebruikmaken van een alternatief voor de klassieke gerechtelijke procedure. Om gebruik te maken van de buitengerechtelijke/administratieve procedure tot invordering van onbetwiste schulden, ofwel de zogenaamde IOS-procedure (art. 1394/20 tot en met 1394/27 van het Gerechtelijk Wetboek), moet de vordering een geldsom - die zeker, vaststaand en opeisbaar is op de datum van de betekening van de aanmaning tot betalen - tot voorwerp hebben. Ook dienen de schuldeiser evenals de schuldenaar in de Kruispuntbank voor Ondernemingen (KBO) of in een gelijkwaardig buitenlands register te zijn ingeschreven.
Hieronder kan u een kort overzicht vinden van het verloop van de procedure. Meer informatie vindt u hier.
- Onderneming I (hierna de schuldeiser) neemt contact op met de advocaat. Deze gaat als ‘eerste rechter’ na of alle voorwaarden zijn voldaan. Vervolgens mandateert hij de gerechtsdeurwaarder om een aanmaning tot betalen te betekenen.
- De gerechtsdeurwaarder betekent aan onderneming II (hierna de schuldenaar) (1) de aanmaning tot betalen, (2) een kopie van alle nuttige bewijsstukken (facturen) en (3) het standaard antwoordformulier.
- De schuldenaar beschikt vanaf de betekening van de aanmaning tot betalen over een maand om te reageren, meer bepaald om ofwel (1) de volledige schuld te betalen, ofwel (2) betalingsfaciliteiten overeen te komen of (3) de schuld gemotiveerd te betwisten via het daartoe bestemde formulier.
- Indien de schuldenaar niet reageert in de vooropgestelde termijn, stelt de gerechtsdeurwaarder, op verzoek van de schuldeiser (en ten vroegste acht dagen na het verstrijken van de termijn van één maand), een proces-verbaal van niet-betwisting op. De bijkomende wachttermijn van 8 dagen is bedoeld om onderhandelingen alsnog mogelijk te maken en tot een goed einde te brengen.
- Het proces-verbaal wordt vervolgens uitvoerbaar verklaard door een magistraat van het Beheers- en toezichtscomité (BTC) bij het centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest (CBB).
- De gerechtsdeurwaarder betekent, na mandaat van de schuldeiser, deze uitvoerbare titel aan de schuldenaar. Deze titel heeft dezelfde juridische waarde als een vonnis.
7. Vaststellingen
Als iemand een bepaalde situatie of feiten objectief op schrift wil laten vaststellen, kan hij beroep doen op een gerechtsdeurwaarder. Het proces-verbaal van vaststelling dat hij daarbij opmaakt, wordt gekenmerkt door de bijzondere, authentieke bewijswaarde die eraan kleeft.
De gerechtsdeurwaarder moet zich beperken tot het vaststellen van zuiver materiële feiten. Dit betekent dat hij verder geen advies kan uitbrengen over de (mogelijke) feitelijke of gerechtelijke gevolgen die uit deze feiten zouden kunnen voortvloeien. Hij neemt dus akte van feiten zonder hieraan een persoonlijke conclusie te hechten, of zonder de oorzaken en de gevolgen te onderzoeken. Zo kan hij bijvoorbeeld perfect een barst in uw muur beschrijven in zijn akte, maar kan hij niets opnemen over de (vermoedelijke) oorzaak van de barst.
De vaststelling door de gerechtsdeurwaarder kan zowel op vraag van particulieren als in het kader van de wettelijke uitoefening van zijn ambt uitgevoerd worden.
Er bestaan drie soorten vaststellingen:
- de vaststelling op grond van bijzondere wetsbepalingen (de wetgever bedeelt een specifieke soort vaststellingen aan de gerechtsdeurwaarder toe)
- de vaststelling op verzoek van een particulier of onderneming
- de vaststelling als gevolg van aanstelling door de rechter.
De vaststelling op verzoek van een particulier of onderneming komt het vaakst voor. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om de vaststelling van huurschade, oneerlijke handelspraktijken, burenhinder, echtscheidingsgronden, geluidsoverlast, de vaststelling van feiten die een dringende reden tot ontslag uitmaken, of de plaatsbeschrijving van gehuurde goederen. Het proces-verbaal kan ook gebruikt worden in een gerechtelijke procedure.
Het wettelijk tarief van de gerechtsdeurwaarder voorziet momenteel niets. Wanneer u een gerechtsdeurwaarder verzoekt een vaststelling voor u te doen, kan u dan ook vrij met de gerechtsdeurwaarder een vergoeding overeenkomen. Ook belangrijk om te onthouden is dat het proces-verbaal van vaststelling moet geregistreerd worden aan het vast tarief van 50 euro.
8. Ik kreeg een akte/brief van een gerechtsdeurwaarder die niet voor mij is.
De gerechtsdeurwaarder met een uitvoerbare titel kan de goederen in beslag nemen in de woonplaats van de schuldenaar. Om dit adres te bepalen, zal hij gebruikmaken van de informatie in het Rijksregister. Als de schuldenaar nog steeds gedomicilieerd is op uw adres, of als hij zeer onlangs van adres is veranderd, zal de gerechtsdeurwaarder uw verklaring dat deze persoon daar niet meer woont, niet objectief kunnen controleren.
U zult dan een vordering tot revindicatie moeten indienen bij de beslagrechter om uw in beslag genomen goederen terug te krijgen. Deze actie is opschortend.
Ook zal de onjuiste vermelding van het domicilieadres moeten worden rechtgezet. Hiervoor moet een procedure van ambtshalve doorhaling worden gestart. Meer informatie hierover kunt u krijgen bij uw gemeente.
Bij de inbeslagname van de goederen van een onderneming gebruikt de gerechtsdeurwaarder de informatie in de Kruispuntbank voor Ondernemingen als basis voor de inbeslagname op de maatschappelijke zetel. Indien de informatie in de Kruispuntbank onjuist is, zal hij uw bewering dat deze rechtspersoon daar niet langer actief is, niet objectief kunnen controleren.
U moet een vordering tot revindicatie indienen bij de beslagrechter om uw in beslag genomen goederen terug te krijgen. Deze actie is opschortend.
Ook zal de onjuiste vermelding van de maatschappelijke zetel van de vennootschap moeten worden rechtgezet. Er bestaat een administratieve procedure van schrapping van het adres van de maatschappelijke zetel of het adres van de vestigingseenheid van vennootschappen.
Om een onjuist adres aan de KBO te melden, kunt u contact opnemen met de beheerafdeling van de KBO op het volgende adres
Via e-mail: kbo-bce.schrappingen.radiations@economie.fgov.be
Per post:
KBO - Afdeling Schrappingen
Koning Albert II-laan 16
1000 Brussel
U moet de naam van de betrokken entiteit, het ondernemingsnummer en het adres waarop uw verzoek betrekking heeft, meedelen.
9. Toegang tot gokspelen
Een persoon die tot de collectieve schuldenregeling (CSR) is toegelaten, wordt wettelijk de toegang tot gokgelegenheden ontzegd.
Sinds 1 september 2013 zijn personen van wie de aanvraag tot collectieve schuldenregeling ontvankelijk is verklaard van rechtswege uitgesloten van speelautomatenhallen, casino's en online spelsites (artikel 54, § 3.6, van de wet op de kansspelen van 7 mei 1999).
De informatie dat u bent toegelaten tot de CSR-procedure is het voorwerp van een bericht dat is opgenomen in het centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest (CBB).
Deze uitsluitingsmaatregel houdt automatisch op te bestaan zodra uw schuldbemiddelaar bovengenoemd bericht in het CBB heeft verwijderd. Het is aan de schuldbemiddelaar om ervoor te zorgen dat het bericht in kwestie wordt verwijderd, zodat u niet langer op de lijst van uitgesloten spelers van de Kansspelcommissie staat. De Kansspelcommissie kan alleen een standpunt innemen op basis van officiële gegevens die haar dagelijks automatisch worden toegezonden.
Indien het einde van de collectieve schuldenregeling ten onrechte niet werd geregistreerd, moet u dus opnieuw contact opnemen met uw schuldbemiddelaar om dit te laten rechtzetten. Uiterlijk 24 uur na de daadwerkelijke schrapping van het betrokken bericht zou het centrale berichtendossier u niet langer moeten beschouwen als een persoon in een collectieve schuldenregeling en zou u weer toegang moeten hebben tot de kansspelinstellingen.
Als u niet meer weet wie uw schuldbemiddelaar was, kunt u contact opnemen met de griffie van de rechtbank die de beschikking tot toelaatbaarheid van uw collectieve schuldregeling heeft genomen (de griffie van de rechtbank waar u woont), die u de contactgegevens kan geven.